Floatglas is enkelglas met een groene tint, afkomstig van het maakproces. Het is ‘t begin van alle andere glassoorten; het universele basisproduct. Bij het smelten van het originele glasmengsel vormt er zich een gesmolten glasmassa, wat op een bad van gesmolten tin wordt gegoten. Het gesmolten glas en de vloeibare tin mengen niet met elkaar, waardoor het glas perfect op het oppervlak van tin blijft drijven. Hier komt de benaming floatglas (drijvend glas) vandaan.

De bovenste zijde van het glas wordt gepolijst door de vlammen, terwijl de onderzijde wordt gepolijst door het gesmolten tin. Zo wordt een glasblad verkregen met een constante dikte en perfect parallelle zijden; de natuurwetten van zwaartekracht en oppervlaktespanning zorgen zelf voor een perfect oppervlak.